Gezondheid
Als je over internet surft kom je nogal wat gezondheidstermen en afkortingen tegen, waarop katten al dan niet getest zijn/worden. Als een kat ergens "negatief" op getest is, dan zijn de kenmerken voor die ziekte (op dat moment) niet aanwezig. Negatief is in dit verband dus een goed teken.
Sommige gezondheidstesten geven echter geen garantie dat de kat of zijn nakomelingen de ziekte nooit zal krijgen. Daarom moeten ze herhaald worden. Maine Coons worden op veel verschillende aspecten getest, waardoor soms het beeld ontstaat dat het ras ongezond zou zijn. Veel aandoeningen komen echter bij elk ras en ook huiskatten voor, maar zijn door intensief onderzoek bij Maine Coons meer of beter in kaart gebracht.
CIN (Chronische Interstitiële Nefritis):
Hierbij worden niercellen afgebroken en komt er bindweefsel in de plaats. De nieren worden kleiner en verschrompelen. Wat de basis is, is nog onduidelijk maar er zit mogelijk een erfelijke factor in, alhoewel dit ziektebeeld ook bij bijvoorbeeld suikerziekte kan ontstaan. In geval van CIN hoeven niet beide nieren aangetast zijn, de goede nier kan ook de functie van de schrompelnier overnemen, waardoor de aandoening pas in een later stadium wordt ontdekt. Een schrompelnier tijdens een echo op de nieren aan het licht komen. Dit is de reden dat wij de zogenaamde PKD-scan blijven herhalen tijdens de HCM-scan. Pas als de CIN vergevorderd is, gaat de nierfunctie achteruit en geeft dit problemen. De nierwaardes in het bloed zullen dan ook veranderen.
FeLV en FIV
FeLV (Feline Leucemia Virus) is kattenleukemie, een door een virus veroorzaakte bloedkanker. FIV (Feline Immunodeficiëncy Virus) is kattenaids, en tast net als bij HIV het immuunsysteem aan. Dit zijn virusziektes die van kat tot kat overdraagbaar zijn. De aanwezigheid van het virus kan via het bloed van de kat getest worden. Een veelgebruikte methode is de "snap-test", die vrijwel iedere dierenarts kan doen. Zowel de kater als de poes moeten hierop negatief getest zijn. Dit is de enige test die de meeste verenigingen verplicht stellen.
HCM (Hypertrofe Cardio-Myopathie)
Dit is in dit verband een erfelijke hartaandoening dat bij alle katten (dus ook huiskatten) voor kan komen. Bij HCM is de linkerhartwand verdikt. Door deze verdikking kan het hart steeds minder z'n functie doen en zal het dier in conditie achteruit gaan. Ook ontstaan vochtophopingen en/of bloedklontjes (trombose). HCM kan met een echo-apparaat opgespoord worden, door een gespecialiseerde dierenarts. Het negatief scannen van de ouderdieren is helaas niet 100% betrouwbaar. Een echo is in dit geval een momentopname, waarbij onder andere de dikte van de hartwand gemeten wordt. Daarom moet deze test regelmatig herhaald worden. Als het dier op latere leeftijd nog negatief gescand is, mag er voorzichtig van worden uitgegaan dat het dier niet belast is met de erfelijke vorm van deze aandoening.
HCM-gen / HCM-DNA / MyBPC-gen:
Na jarenlang onderzoek binnen een populatie Maine Coons, is er een mutatie in het DNA op het MyPBC-gen gevonden. Deze mutatie bleek in relatie te staan met het ontwikkelen van HCM bij deze Maine Coons. Inmiddels is een gen-test beschikbaar, waarmee de aanwezigheid van deze mutatie aangetoond kan worden. Hiertoe hoeft enkel erfelijk materiaal (bloed of wangslijmvliescellen) opgestuurd te worden naar een gespecialiseerd lab. Dit klinkt heel mooi maar helaas is HCM niet uit te bannen met een DNA-test. Er speelt mogelijk meer bij het ontwikkelen van HCM dan het MyBPC-gen alleen. Toch worden momenteel veel Maine Coons getest, als aanvulling op het reguliere scannen. Groot voordeel is dat een gen-test slechts eenmaal gedaan hoeft te worden, de uitslag veranderd nooit meer.
Katten die deze mutatie niet hebben, worden aangeduidt met N/N. Als ze zogenaamd heterozygoot zijn, dan staat er N/HCM of N/H. Ze moeten dan de mutatie van 1 van de ouders hebben gekregen. Dit hoeft niet te betekenen dat ze HCM ontwikkelen (zeker niet als de scans nog goed zijn!), daarvoor is de DNA-test nog veel te onbetrouwbaar. Zijn beide ouders N/N dan zijn de kittens dat ook. Met homozygoot positief (HCM/HCM) wordt sterk afgeraden om te fokken. Toch kunnen deze katten op de scan nog een gezond hart laten zien.
Er wordt nog volop onderzoek gedaan naar DNA-technieken. Op dit moment is een negatieve HCM-DNA-test alléén volstrekt onbetrouwbaar, dit kan absoluut niet garanderen dat (de ouders van) een kitten geen HCM zal ontwikkelen. Het is slechts een aanvulling voor fokkers om te voorkomen dat ze homozygoot positieve kittens te fokken. Het scannen door middel van echo blijft noodzakelijk!!
HD (Heupdysplasie)
Heupdysplasie kennen we bijvoorbeeld ook bij honden. Helaas kunnen ook katten hiermee belast zijn, alhoewel het kattenlichaam hier anders mee omgaat vergeleken met honden. In het geval van heupdysplasie is de heupkom niet meer zo'n mooi kommetje, maar afgevlakt. De kop van het dijbeen kan hierdoor makkelijk uit de kom schieten, hetgeen natuurlijk niet de bedoeling is. Heupdysplasie kan met een röntgenfoto opgespoord worden, waarbij er verschillende gradaties toegekend worden. Een definitieve diagnose kan pas met een leeftijd ouder dan 1 of 2 jaar vastgesteld kan worden, afhankelijk van het onderzoeksinstituut.
PKD (Polycystic Kidney Disease)
Dit is een erfelijke aandoening waarbij in de nieren van de kat zich met vocht gevulde blaasjes (cystes) ontstaan. Bij veel en grote cystes gaat de nierfunctie drastisch achteruit, hierdoor kan het lichaam zichzelf vergiftigen. Een speciaal nierdieet gecombineerd met medicijnen kan het leven verlengen, maar het is beter om de ouderdieren te testen voordat aan nageslacht wordt gedacht. Het testen op PKD gebeurd met een echo-apparaat door een dierenarts die daarin gespecialiseerd is. De test is voor bijna 100% betrouwbaar, het hoeft daarom maar 1 maal op een leeftijd ouder dan 1 jaar gedaan te worden. PKD wordt gelukkig niet veel bij Maine Coons gezien, maar het scannen is wel van belang om de conditie van de nieren in de gaten te houden. Wij herhalen deze test dan ook samen met de HCM-test.
PL (Patella Luxatie)
Patella Luxatie is een gewrichtsaandoening waarop katten getest kunnen worden. Hierbij gaat het om de knieën van de kat. De knieschijf kan in het geval van Patella Luxatie gemakkelijk van het gewricht schieten, hetgeen pijnlijk is. Een dierenarts met veel ervaring met katten kan als de kat volwassen is checken hoe het met de knieën van de kat is, en of het dier al dan niet Patella Luxatie heeft. Ook hier kent men verschillende gradaties. Bovendien is de vererving onduidelijk waardoor uit vrije ouders de aandoening bij hun kittens alsnog kan ontstaan.
SMA (Spinale Musculaire Atrofie)
Dit is een recessieve aandoening waarbij de zenuwcellen die de spieren aansturen afsterven. Dit wordt in de vorm van spierzwakte zichtbaar op een leeftijd van 3-4 maanden. SMA wordt gelukkig nog niet zoveel gezien. Dat komt onder andere doordat het een recessieve ziekte is, een kat wordt alleen ziek als dit door beide ouders doorgegeven wordt. Dit is ook gelijk het gevaar van SMA. Katten kunnen wel drager zijn van de ziekte, en daardoor ongemerkt de genen hiervoor verspreiden in de populatie. Dit kan zodanig ‘uit de hand lopen’, dat na verloop van tijd wél veel gevallen van SMA zijn. Gelukkig is er voor de Maine Coon een DNA-test beschikbaar. Daarmee kunnen dragers (die niet ziek zijn!) makkelijk opgespoord worden. Door te verparen met een vrije partner, is deze ziekte relatief makkelijk te elimineren. Bovendien zullen kittens uit een vrije kat (N/N) nooit de ziekte kunnen ontwikkelen, ongeacht de partner van die vrije kat. SMA moet niet verward worden met spondylose.
OORSPRONG - KARAKTER - RASSTANDAARD - GEZONDHEID
Maak jouw eigen website met JouwWeb